I. De functies van betaïne en glycocyamine
BetaïneEnglycocyamineZijn veelgebruikte voederadditieven in de moderne veehouderij en hebben een significant effect op de groei van varkens en de vleeskwaliteit. Betaïne kan de vetstofwisseling bevorderen en de magerevleesverhouding verhogen, terwijl guanidine-azijnzuur de energiestofwisseling van spieren kan verbeteren. Een goede combinatie van beide kan grotere effecten hebben.
2.De additieverhouding van betaïne enguanidine-azijnzuur in voer voor vleesvarkens
Op basis van meerdere professionele studies en praktische ervaring in de industrie, zijn de aanbevolen toevoegingsverhoudingen van betaïne en guanidine-azijnzuur in varkensvoer als volgt: * Tijdens het gehele varkensopfokproces wordt aanbevolen om 600 gram guanidine-azijnzuur per ton volledig voer toe te voegen, wat kan worden gebruikt in combinatie met 200 gram methionine of 450 gram betaïne. In de latere mestfase kan de toegevoegde hoeveelheid guanidine-azijnzuur in één ton volledig voer worden verhoogd tot 800 gram en kan tegelijkertijd 250 gram methionine of 600 gram betaïne worden toegevoegd. Voor de toevoeging van betaïne kan voor gespeende biggen het toevoegen van 600 mg/kg betaïne per ton voer het beste effect bereiken. Bij opgroeiende en vleesvarkens kan de toevoeging van betaïne de dagelijkse gewichtstoename verhogen en de voer-gewichtsverhouding verlagen. De aanbevolen extra hoeveelheid is 400-600 gram per ton voer.
3. Voorzorgsmaatregelen bij het toevoegen van betaïne en guanidine-azijnzuur
Andere voedingsstoffen in het voer kunnen ook de werkzaamheid van betaïne en guanidine-azijnzuur beïnvloeden. Zo moet het ruw eiwitgehalte minimaal 16% zijn, lysine minimaal 0,90% en het energieniveau minimaal 3150 kilocalorieën per kilogram. Betaïne en guanidine-azijnzuur kunnen synergetisch werken. Het is aan te raden ze gelijktijdig toe te voegen voor het beste resultaat. 3. Voor eiwitarme diëten (met een eiwitgehalte lager dan 14%) moet de toevoeging van aminozuren worden verhoogd om aan de voedingsbehoeften van varkens te voldoen. Tegelijkertijd kan de toevoeging van betaïne en guanidine-azijnzuur naar behoren worden verhoogd.
4.Conclusie:
De wetenschappelijke en verantwoorde toevoeging van betaïne en guanidine-azijnzuur aan varkensvoer kan de groei en vleeskwaliteit van varkens effectief verbeteren. De hoeveelheid en verhouding van de toevoeging moeten echter worden aangepast aan factoren zoals de groeifase van de varkens en de samenstelling van het voer om de beste economische voordelen te behalen. In de praktijk moeten flexibele aanpassingen worden gemaakt op basis van specifieke omstandigheden om het beste fokeffect te bereiken.
Plaatsingstijd: 06-08-2025

